donderdag 25 november 2010

Rekenen Metriek blz 9&10.




WW Spelling oef. 21&22 blz 18&19.









Natuur: Samenvatting thema 2 Stap voor Stap.

APPARATEN
Elk apparaat heeft een input, een proces en een output.
Input omvat alles wat in een apparaat gaat. Bij een afwasmachine moet dan gedacht worden aan vuile vaat, water en afwasblokjes, maar ook bijvoorbeeld aan elektriciteit. De output is alles wat uit een apparaat komt. Bij een afwasmachine is dat niet alleen de schone vaat, maar ook vuil in de zeef, het afvalwater en warmte. Apparaten hebben ook een proces. Het proces is dat wat er gebeurd tijdens de werking van een apparaat.
Een proces kan worden onderverdeeld in deelprocessen. Deze stapjes, die na elkaar worden genomen, maak het proces inzichtelijker. Bij apparaten zoals automaten en sinaasappelpersen zijn veel van dit soort deelprocessen te zien of te beredeneren.

FABRIEKEN
Ook fabrieken kun je beschrijven in termen van input, proces en output. Het proces wordt weer onderverdeeld in deel processen. Achter elkaar geplaatst vormen alle deelprocessen het hele productieproces : de productielijn. In fabrieken zoals een autofabriek worden de (deel) producten met een lopende band van het ene naar het andere deelproces vervoerd.

SENSOREN
Sensoren zijn meetapparaatjes die je kunt vergelijken met de menselijke zintuigen. Een mens krijgt gegevens binnen via zijn zintuigen ; een apparaat krijgt gegevens binnen via sensoren. Er zijn verschillende soorten sensoren. Denk bijvoorbeeld aan ultrasoonsensoren, temperatuursensoren en infraroodsensoren. Een ultrasoonsensor vangt een ultrasoon signaal op. Dit is een geluid dat voor het menselijk oor niet waarneembaar is. Ultrasoonsensoren zijn te vinden in bijvoorbeeld inbraakalarmen en automatische winkeldeuren. Temperatuursensoren zitten bijvoorbeeld in moderne auto’s en digitale weerstations. Een infraroodsensor vangt een infraroodsignaal op. Infraroodsensor zijn niet zichtbaar voor het menselijk oog. Je kunt infraroodsensoren vinden in bijvoorbeeld automatische kranen en bewegingsmelders.

HOE WERKT EEN SENSOR?
Er zijn sensoren die een signaal opvangen uit hunomgeving. Dat gebeurt bijvoorbeeld bij een thermometer. Die vangt de warmte op van zijn omgeving. Er zijn ook sensoren die zelf een signaal uitzenden en vervolgens reageren op (verandering in) het signaal. Het is mogelijk dat het zenden en ontvangen van het signaal op ongeveer dezelfde plek plaatsvindt, denk aan de terugkaatsing van een ultrasoon signaal boven de automatische schuifdeuren. Het is ook mogelijk dat het zenden van een signaal op een andere plek plaatsvindt dan de ontvangst ervan. Dit zie je bij infrarood straal van de flessenband in de supermarkt.

ACTUATOR
Een actuator is een apparaat dat iets doet met de uitvoer. Luidsprekers (alarmsignaal), motortjes (bijvoorbeeld van een ventilator) en lampjes (alarmlicht) zijn voorbeelden van actuatoren. In allerlei soorten speelgoed zitten sensoren en actuatoren,

MICROPROCESSOR
In apparaten met sensoren zit vaak een microprocessor, een kleine computer. Deze computer neemt besluiten op grond van de gegevens die via de sensoren binnenkomen. Ingewikkelde apparaten zoals vaatwasmachines, blikjesautomaten en broodbakmachines hebben een microprocessor. In eenvoudige apparaten met sensoren, zoals een slim fietserrekje, is geen microprocessor nodig. Als de licht sensor detecteert dat er te weinig licht is en de beweging sensor detecteert dat de fiets beweegt, dan gaat het licht automatisch aan.

Met dank aan:
Romy&Virginia

dinsdag 16 november 2010

Samenvatting aardrijkskunde thema 2.

Werk en energie.

Oude brandstoffen.
Energie kan iets bewegen, verwarmen, verlichten of op een andere manier veranderen.
*We kunnen niet zonder energie. Energie is nodig om allerlei apparaten te laten werken.
*We maken energie door fossiele brandstoffen te verbranden. In elektriciteitscentrales wordt zo stroom gemaakt.
*Door verbranding van fossiele brandstoffen wordt het broeikaseffect sterker en raken de fossielen brandstoffen op.
*We denken steeds meer na over hoe we energie kunnen besparen.
Alternatieve energiebronnen.
Duurzame energiebronnen vormen een alternatief voor fossiele brandstoffen.
*Bij zonne-energie wordt zonlicht met behulp van zonnecellen omgezet in elektriciteit.
*Windenergie wordt opgewekt met windmolens.
*Door uranium te splitsen krijg je kernenergie.